dinsdag 21 augustus 2018

Dinsdag 21 augustus (Marquette, MI – Sault Sainte Marie, Ontario, Canada)


Vanochtend een rustig ontbijt zonder Fox op de achtergrond, na mijn ochtendsessie fitness. Al zou ik er nu geld voor geven hem wél op Fox te kunnen zetten, gezien de laatste ontwikkelingen rond Cohen en Manafort, maar jammer genoeg zitten we in Canada ;).

Vandaag stond op weg naar Canada 1 stop op het programma: Seney National Wildlife Refuge. Dat hangt af van de US Fish and Wildlife Service, maar qua aanpak lijkt het op de National Park Service. Hier ligt de nadruk meer op de fauna dan op de flora. Er zitten een massa vogels, van uit de kluiten gewassen zwanen, ganzen tot speciale soorten zwaanachtigen. Daarnaast zijn er ook bevers bijvoorbeeld. De vriendelijke lispelende man in het visitor center had snel door dat we wilden wandelen zonder mensen tegen te komen, en gaf ons wat tips waar we dat konden doen. De paden zijn eigenlijk dienstwegen, waarop je mag wandelen of fietsen.

Er was een wildlife loop, en een fish road loop om met de auto af te rijden. Omdat de fish loop langer was, besloten we die te doen. Beide routes zijn onverharde eenrichtingswegen, en brengen je langs de verschillende “pools”. Het was een mooi landschap, wat moerasachtig, met effectief veel zwanen en ganzen. In de meertjes lagen ontzettend veel waterlelies, wat ook een mooi zicht was.

Op het einde van de fish loop kwamen we terug op de wildlife loop. We parkeerden langs één van de dienstwegen en gingen 5km wandelen. Qua wildlife viel het wat tegen, we zouden graag eens een otter of bever spotten, maar dat is ons niet gegund geweest. David spotte wel een dikke slang, wat achteraf een northern water snake bleek te zijn. Achteraf gezien heb ik wel geluk gehad, ik had de slang niet gezien en als ik in hetzelfde pad als David had gelopen, was ik er misschien op getrapt. Sinds de slangenontmoeting liepen we net iets minder op ons gemak verder, maar ik ging er toch van uit dat het er niet stikt van de slangen. Of dat maakte ik mezelf toch wijs ;).




Al bij al was het een leuke stop, en een mooie wandeling.

Rond 14u gingen we verder met de reis naar Sault Sainte Marie. Dat was nog tweetal uurtjes rijden, grensovergang niet inbegrepen.

Sault Sainte Marie heeft een Amerikaanse en een Canadese kant. Omdat het me leuk leek ook eens in Canada te stoppen, ligt ons hotel voor de komende 2 dagen in Canada. De brug naar Canada bleek een tolbrug te zijn. Een gigantische brug over industriegebied. Net na de tolpoort werden we “uitgewuifd” door de Amerikaanse douane, om aan de overkant begroet te worden door de Canadese grensbeambte. Een heel vriendelijke mevrouw die tot mijn ontgoocheling geen stempel zette in ons paspoort.

De eerste indruk van Sault Sainte Marie was niet overweldigend. Veel leegstand, armoede en ongezellige voorsteden. Ons hotel kijkt uit op een op zich charmant, maar wat griezelig leeg motel. Het heeft wat weg van Bates Motel, al zijn zij in dit geval niet afgesneden door de Interstate, maar zijn ze het licht ontnomen door een kloefer van een gebouw dat ons hotel is (van een keten, jaja, ook wij zijn schuldig aan de teloorgang van het motel...). 


Voor het avondeten wilden we downtown verkennen, volgens de kaart moest dat wel mooier zijn, met hotels aan de lakefront en een compact centrum. De weg ernaartoe beloofde al niet veel goeds: een aaneenschakeling van leegstand en verloederde buurten die, tot nader inzien, eigenlijk doorliepen tot in downtown. Het restaurant, Solo Trattoria, viel dan weer heel erg mee, en leek niet in dit plaatje van de rest van downtown te passen. Gelukkig maar. Eens binnen zie je toch niet wat er buiten aan de gang is ;). Het was een voltreffer. Er waren geen tafeltjes meer vrij, maar we konden aan de bar zitten. Op zich altijd leuk, en de barvrouwen waren heel attent. Eentje gaf ons wat uitleg over wat er allemaal in haar cocktails zat J. Toen David een tweede glas vroeg, keek onze barvrouw nogal vragend naar mij, waarop ik bevestigde dat hij dat mocht ;).

Morgen stond eigenlijk een treinrit naar Agawe Canyon op het programma, maar omdat dat uiteindelijk toch nogal duur uitviel en de reviews maar matig waren met momenten, gaan we er “gewoon” met de auto op uit, wat verder Canada in, naar Pancake Bay State Park (wat ik in mijn geheugen had opgeslagen als Cupcake Bay, dus kan het nu alleen maar ontgoochelen), met opnieuw zicht op Lake Superior.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten